De IJmondlijn is lange tijd één van de best bewaarde ongebruikte spoorlijnen in Nederland. Nadat NS op 25 september 1983 de reizigersdienst staakt, zijn eigenlijk alleen de bovenleidingmasten verwijderd. Het traject wordt dan alleen nog voor het goederenvervoer gebruikt. In 1989 is één van de twee sporen opgebroken en de beveiliging vereenvoudigd. In oktober 1994 stopt ook het goederenvervoer. Bijna twee jaar later rijden opnieuw treinen op de Vislijn. LoversRail rijdt vanaf augustus 1996 drie jaar lang met weinig succes dagelijks enkele reizigerstreinen over het traject. Hierna blijft de spoorlijn vijftien jaar vrijwel onaangeroerd. In 2014 is het noordelijke deel echter opgeschoond en verbouwd tot wandelpad en start de verwijdering van het zuidelijke deel voor de aanleg van een busbaan.
IJmuiden is in 1883 via een korte zijtak vanaf de lijn Haarlem – Uitgeest op het Nederlandse spoorwegnet aangesloten. In 1899 is het provisorische eindpunt bij sluizen in het Noordzeekanaal vervangen door een definitief hoofdstation bij de Vissershaven. In 1927 is de inmiddels dubbelsporige spoorlijn elektrisch berijdbaar. Dat jaar neemt NS drie nieuwe haltes aan de lijn in gebruik. De huidige vorm van de IJmondlijn ontstaat in 1957 wanneer de Velsertunnel gereed is. De splitsing tussen de korte zijlijn naar IJmuiden en de lijn naar Uitgeest komt dat jaar bij het nieuwe station Santpoort Noord te liggen. Tussen Santpoort Zuid en Driehuis-Westerveld volgt de spoorlijn een nieuw tracé dat ten oosten van het oude tracé ligt. De oude sporen en bovenleidingsmasten zijn net als de draaibrug over het Noordzeekanaal na de opening van het nieuwe tracé opgebroken. Het oude baanlichaam is echter nog grotendeels te herkennen. Bovendien staat ten westen van het station Santpoort Noord nog een wachterswoning langs het voormalige tracé. Aan de overzijde van het Noordzeekanaal zijn twee gedeeltes van het oude tracé na de opening van de Velsertunnel bewaard gebleven. De sporen maken deel uit van het omvangrijke emplacement van Tata Steel. De oude bovenleidingportalen zijn ook hier verwijderd. Bij de spoorwegovergang in de Grote Hout- of Koningsweg in Velsen-Noord staan nog twee oorspronkelijke baanwachterswoningen.
Door de ongunstige ligging van de spoorlijn ten opzichte van de nieuwe woonwijken in het IJmondgebied en de slechte staat van de oude bovenleidingmasten besluit NS de Vislijn in september 1983 te sluiten voor reizigersvervoer. Alle bouwwerken langs de lijn blijven, inclusief de perrons, vooralsnog bewaard. Alleen de perrons van de halte Julianakade zijn al snel verwijderd. De bovenleidingmasten uit 1927 zijn vier maanden na de sluiting van de lijn verwijderd. Een groot deel van de portalen is hierbij op een hoogte van enkele tientallen centimeters boven de betonnen voet afgezaagd. In 1989 is één van de twee sporen opgebroken en de beveiliging vereenvoudigd. In oktober 1994 staakt NS ook het goederenvervoer. Bijna twee jaar later rijden weer treinen op de IJmondlijn. LoversRail rijdt vanaf augustus 1996 dagelijks met enkele reizigerstreinen over het traject. Deze reactivering is geen succes en in december 1999 stopt de treindienst definitief. Tegelijkertijd met het verdwijnen van de laatste trein stopt ook het onderhoud aan de lijn. Vanuit verschillende partijen is onderzoek gedaan om de lijn, al dan niet als museumlijn, opnieuw in gebruik te nemen. In de zomer van 2010 koopt de gemeente Velsen de grond en krijgt ProRail toestemming om de spoorlijn op te breken. Hiermee komt een einde aan één van de laatste bewaard gebleven gesloten spoorlijnen in Nederland.
In 2014 start de grote verbouwing van de IJmondlijn met het opbreken van de spoorlijn tussen Santpoort Noord en de noordzijde van het vroegere station Velsen-IJmuiden Oost. De rails maken plaats voor een HOV-verbinding door Velsen. Het gedeelte tussen het Velsen-IJmuiden Oost en de voormalige halte Julianakade wordt intussen omgebouwd tot wandelpad. De sporen van het vroegere stationsemplacement bij het hoofdstation en de diverse bedrijfsaansluitingen zijn dan al grotendeels verdwenen.
Met de genoemde verbouwing verdwijnen ook de karakteristieke elementen die de IJmondlijn jarenlang een geliefd traject onder spoorzoekers maakt. Zo verdwijnen de tientallen afgezaagde bovenleidingsmasten en de betonnen voeten waarmee ze dertig jaar lang doelloos langs de lijn staan. Ook de talrijke restanten van seininrichtingen en overwegen, originele hekwerken en andere spoorse elementen verdwijnen in de periode 2014-2016. Ook de laatste restanten van de vele havensporen die vaak nog in de bestrating te vinden zijn, zijn diezelfde periode verwijderd.
Van de drie haltes die NS bij de elektrificatie in 1927 in gebruik neemt, krijgt alleen Velsen Zeeweg, weliswaar pas in 1958, een echt haltegebouw. Dat jaar neemt NS een nieuw standaardtype haltegebouw in gebruik. Het zeer kleine gebouwtje krijgt een minimale inrichting van een kleine wachtruimte, een loket en bagageafdeling en twee toiletten. Aan de perronzijde komt een kleine uitbouw voor de bediening van de nabijgelegen overweg. De straatzijde van het haltegebouw krijgt een nagenoeg blinde muur. De wand aan de perronzijde is een meter hoger waardoor een lessenaarsdak met perronluifel ontstaat. NS laat na de halte Velsen Zeeweg op andere plaatsen nog drie haltegebouwtjes van hetzelfde type neerzetten. Deze zijn inmiddels weer gesloopt.
Terwijl in oktober 2014 de rails en perrons verdwijnen, blijft het karakteristieke gebouwtje uit 1958 nog tot eind februari 2016 staan. Naast het haltegebouw aan het westelijke perron staat op het oostelijke perron een klassieke betonnen abri. Deze is na het opbreken van het perron behouden voor het Spoorwegmuseum.
Het stationsgebouw en de perronkap van Velsen-IJmuiden Oost is al in 1974 gesloopt. Na het beëindigen van het reizigersvervoer is de tunnel naar het eilandperron dichtgemetseld. Het brede eilandperron is in 2014 opgebroken. De contouren van het hooggelegen emplacement zijn nog altijd zichtbaar. De sporen van de spoordijk en viaducten van de lijn naar Uitgeest en de brug over het Noordzeekanaal zijn na de sluiting van het tracé in 1957 volledig uitgewist.
De spoordijk richting IJmuiden blijft samen met het viaduct over de Noostraat behouden. Tussen het viaduct en de voormalige kruising met de Dokweg blijven de rails liggen. Tussen de rails, bovenop de bielzen komt in 2014 verharding zodat een wandelpad ontstaat. Het viaduct over de Noostraat vormt hierbij het start-/eindpunt van het ‘Wandelpad IJmuider Spoorlijn’. Om het viaduct en de spoordijk te bereiken zijn enkele trappen gemaakt. Op een deel van het tracé van het in 1989 opgebroken tweede spoor komt tegelijkertijd een breed fietspad. De karakteristieke betonnen voeten met restanten van bovenleidingsmasten en andere spoorse restanten zijn voor de aanleg van de paden zorgvuldig opgeruimd. Op zes karakteristieke punten komen in juni 2015 informatieborden.
De eerste tussenstop op de route ligt in de boog die de spoordijk weer naar het straatniveau brengt. Hier komt een ‘nieuwe halte’ met uitzicht op de plek van de vroegere draaibrug over het Noordzeekanaal. Hier ligt ook nog één van de drie bewaarde betonnen voeten van de bovenleidingsportalen. Doordat het ijzer tot het beton is verwijderd, is de oorspronkelijke functie van het betonblok niet langer zichtbaar.
De perrons van de halte Casembrootstraat blijven na 1983 ongebruikt liggen. Ook een abri en de restanten van de afgezaagde bovenleidingsportalen blijven staan. In de loop der tijd raakt het geheel uiteraard vervallen en overwoekerd. Bij de aanleg van het wandelpad zijn de perrons geheel vernieuwd in de stijl van het wandelpad en is zelfs de abri vervangen. Op beide perrons komen grote banken, waarmee de vroegere halte een rustpunt in de wandelroute vormt. Alle authentieke details zijn echter zorgvuldig verwijderd.
Bij de opening van de spoorlijn naar IJmuiden ligt het eindstation bij de oude sluizen in het Noordzeekanaal. Het eenvoudige station verdwijnt in 1899 wanneer de spoorlijn even voor de latere elektriciteitscentrale aan de oostzijde van IJmuiden afbuigt en wordt doorgetrokken naar de Vissershaven. Op de plek waar de nieuwe lijn afbuigt van het oude tracé komt de laad- en losplaats IJmuiden Oost. In mei 1927 komt op deze plek de halte IJmuiden Julianakade. De eenvoudige halte krijgt buiten een wachtruimte geen verdere voorzieningen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog heet de halte IJmuiden Zuiderkade.
De halte is in tegenstelling tot de andere stations en haltes langs de lijn vrijwel meteen na het staken van het reizigersvervoer in 1983 opgebroken. Buiten wat extra hekwerk is hiervan dan ook niets meer terug te vinden. Ter hoogte van de voormalige halte buigt het spoor af naar De Geul. Het wandelpad stopt even na het viaduct van de Kerkweg. De rails lopen hierna nog een paar meter door tot het stootjuk dat hier in 2009 is geplaatst. Dat jaar zijn laatste sporen voorbij het juk opgebroken.
Bij de Vissershaven komt in 1899 een nieuw stationsgebouw. Het grote asymmetrische gebouw heeft door de toepassing van veel verschillende details en houten constructies een levendig aanzien. Ook de vishallen even ten westen van het station krijgen een spooraansluiting. In de loop der jaren krijgen diverse bedrijven rondom de Vissershaven eigen aansluitingen en ontstaat bij het hoofdstation een omvangrijk emplacement.
In 1995 is het karakteristieke stationsgebouw gesloopt. Ook het laatste perron is hierbij opgebroken. Voor de reactivering van de treindienst in 1996 is op de plek van het vroegere station een perron van steigerplanken gebouwd. Enkele jaren na de sluiting van de lijn zijn de restanten van dit perron weer verwijderd. Het skelet van de abri en de lantaarnpalen blijven echter staan. Rond 2003 zijn de meeste sporen van het emplacement opgebroken. De laatste restanten en bedrijfsaansluitingen verdwijnen bij de reconstructie van de wegen in het gebied.