Vijf jaar nadat de verbinding tussen Zwolle en Stadskanaal gereed is, krijgt Coevorden in 1910 via de Bentheimer Eisenbahn ook een verbinding met Duitsland. Datzelfde jaar laten de Staatsspoorwegen die de Nederlandse lokaallijn exploiteren een goederen- en douaneloods op het uitgebreide emplacement bouwen. Jarenlang wordt het gebouw zowel door Van Gend en Loos als de Bentheimer Eisenbahn gebruikt. Nadat Van Gend en Loos het goederenvervoer per spoor naar Coevorden heeft gestaakt en de douanefaciliteiten niet langer nodig zijn, gebruikt de Bentheimer Eisenbahn het gebouw nog als kantoor. Nadat de BE naar een eigen kantoor op het nabijgelegen industrieterrein verhuist, blijft het gebouw leeg achter.
In maart 2014 besluit de gemeente de oude goederenloods op te knappen en in te delen in diverse kleine bedrijfsruimtes. Ruim een jaar later is de restauratie van het gebouw gereed. Intussen zijn de sporen direct langs het gebouw opgebroken. In de zomer van 2018 verdwijnen nog twee overbodige sporen om ruimte te maken voor parkeerplekken, een pleintje voor de goederenloods en een tunnel voor langzaam verkeer onder de resterende sporen.