Begin jaren ’90 laat de Deutsche Bundesbahn ter vervanging van een aantal oudere locomotiefreeksen door de Duitse industrie nieuwe locomotieven ontwerpen. Siemens komt in 1992 met de EuroSprinter. Vanuit dit prototype ontwikkelt de fabrikant diverse locomotieven voor verschillende spoorwegmaatschappijen. Eén van de grootste series is de reeks goederenlocomotieven van het type ES 64 F4. De locs komen vanaf 2003 bij verschillende Europese spoorwegmaatschappijen in dienst. Inmiddels zijn ruim 230 locs actief, waarvan bijna honderd bij DB Cargo. De vervoerder brengt de locs onder in de Baureihe 189. Buiten Duitsland is een deel van de locomotieven toegelaten op het Poolse en Tsjechische spoorwegnet. Ook is een groot deel van de locs geschikt om op het Nederlandse spoorwegnet te rijden.

Naast het conventionele spoor zijn de locs ook toegelaten op de Betuweroute. De aanwezigheid van meerdere beveiligingssystemen en de mogelijkheid om zowel onder de Nederlandse als de Duitse bovenleiding te kunnen rijden, is vrijwel onmisbaar in het moderne commerciele goederenvervoer per spoor. De verschuiving van het goederenvervoer naar de Betuweroute en de daarmee samenhangende komst van de locomotieven uit de Baureihe 189 zorgen er dan ook voor dat een groot aantal relatief nieuwe conventionele goederenlocomotieven uit de series 1600 en 6400 in 2009 en 2010 terzijde gaat.

Bij Railion, dat later opgaat in DB Schenker Rail, komen de locs 189 001 – 189 100 in dienst. Van de honderd locomotieven zijn de 189 021 – 189 054, 189 065 – 189 100 deels vanaf 2007, deels vanaf 2009 toegelaten in Nederland. De locs hebben de verkeersrode kleurstelling van de goederenvervoerder.

Met het openstellen van het Europese spoorwegnet voor het goederenvervoer, groeit ook de behoefte om locomotieven te huren of te leasen. Om aan deze vraag te voldoen start Siemens in 2001 met Dispolok. Het bedrijf verhuurt diverse locomotieven van de fabrikant aan verschillende spoorwegmaatschappijen. Hieronder valt ook een aantal locomotieven uit de Baureihe 189. In 2006 verkoopt Siemens Dispolok aan Mitsui Rail Capital Europe. DB Schenker verkoopt diezelfde periode de 189 090 – 189 099 aan MRCE. Het bedrijf dat gespecialiseerd is in de verhuur van goederenlocomotieven en -wagons laat hierna nog meer locomotieven van het type ES 64 F4 bouwen en bezit inmiddels zo’n 120 locomotieven van het type. De locomotieven zijn in de zwarte kleurstelling van MRCE, al dan niet voorzien van extra bestickering, regelmatig voor verschillende vervoerders in Nederland te zien. Naast MRCE zijn enkele locs bij andere spoorwegmaatschappijen ondergebracht. Overigens keren de tien locomotieven die in 2006 naar MRCE gaan in de zomer van 2021 terug bij DB Schenker opvolger DB Cargo.

Zie ook Siemens ES 64 F4 bij andere vervoerders.

INZET

DB Cargo en voorgangers zetten de locomotieven uit de Baureihe 189 in Nederland in een groot deel van de grensoverschrijdende goederenverbindingen in. In eerste instantie rijden de locs vrijwel alle treinen die via de Betuweroute tussen de Rotterdamse haven en het Duitse achterland rijden. Later volgen ook de treinen die tussen de Amsterdamse Westhaven en Beverwijk via de Rhijnspoorweg en de grensovergang bij Emmerich rijden. Ook autotreinen tussen Bad Bentheim naar Amersfoort behoren tot het takenpakket van de locomotieven. Bij stremmingen op de Betuweroute zijn de locomotieven ook veelvuldig op de zogenaamde Brabantroute tussen Venlo en de Kijfhoek te zien. De locs van DB Cargo rijden in Nederland geen binnenlandse treinen.

In de loop van 2018 worden de meeste diensten vervangen door Vectrons. De Baureihe 189 verhuist naar de diensten richting Oost-Europa. Uitzondering zijn ertstreinen tussen de Maasvlakte en het Duitse Dillingen.

Op de foto boven dit artikel is E-loc 189 068 bij Abcoude onderweg met een containertrein naar de Rotterdamse haven.