martijnvanvulpen.nl

  • treinen
  • spoorzoeken
  • spoorweggeschiedenis
  • stations

Diesellocomotieven

Serie 6400

Ter vervanging van de laatste diesellocomotieven van de serie 2400 bestelt NS in 1985 60 dieselelektrische locomotieven van de serie 6400. De locs zijn afgeleid van het type DE 1002 van Machinefabrik Kiel. De serie 6400 krijgt echter een groter vermogen, een ruimere cabine en meer lengte. De 6401 wordt in april 1988 als eerste exemplaar afgeleverd. Een jaar later plaatst NS een vervolgorder voor nogmaals 60 exemplaren. Hiermee worden ook de locomot...

Lees meer
Serie 2900

Met het oog op de forse uitbreiding van het aantal treinen bij het invoeren van de nieuwe dienstregeling van Spoorslag '70 heeft NS eind jaren '60 snel extra tractie nodig. Om niet teveel kosten te maken, schaft NS in Engeland zeven overbodige elektrische locomotieven aan en neemt de vervoerder vijf overbodige diesellocomotieven van de Staatsmijnen over. De vijf doen van eind jaren '50 tot de sluiting van de mijnen dienst als serie 151-155. Eind 19...

Lees meer
Serie 450

Speciaal voor de diensten op de in Noord-Nederland en het Westland bestelt NS tien dieselelektrische locomotieven. De locomotieven rijden van 1956 tot 1972 de goederentreinen op de 'nieuwe' lokaallijnen. Hierna zijn ze overbodig en gaan ze alweer buiten dienst. Eén exemplaar blijft rijvaardig bewaard bij de Museum Buurtspoorweg.Speciaal voor de diensten op de overgenomen tramlijnen van de NTM in Noord-Nederland en de WSM in het Westland bestelt NS ...

Lees meer
Serie 2200

Om de laatste stoomlocomotieven te vervangen, laat NS in de jaren '50 maar liefst 280 diesellocomotieven bouwen. Om de locs zo snel mogelijk in te kunnen zetten, kiest NS voor twee bestaande ontwerpen. De serie 2400 is naar Frans voorbeeld gebouwd, de serie 2200 naar Amerikaans ontwerp. De 150 locs van de serie 2200 zijn in Nederland en Frankrijk gebouwd. In januari 1955 komt de 2201 als eerste exemplaar op de baan. In 1958 zijn alle locomotieven v...

Lees meer
Serie 2400

Ter vervanging van de laatste stoomlocomotieven, laat NS halverwege de jaren '50 280 diesellocomotieven bouwen. Om de locs zo snel mogelijk in gebruik te kunnen nemen, kiest het bedrijf voor twee bestaande ontwerpen. Terwijl de serie 2200 naar Amerikaans ontwerp is gebouwd, kiest NS voor de serie 2400 voor een standaard ontwerp van de Franse treinbouwer Alsthom. Begin 1954 komen de eerste van de 130 locomotieven van laatstgenoemde serie bij NS in d...

Lees meer
Serie 2600

Na de Tweede Wereldoorlog laat NS een groot aantal hoofdspoorlijnen elektrificeren. Tegelijkertijd wordt het materieelpark sterk uitgebreid. Voor de reizigersdiensten op de spoorlijnen die niet direct voor elektrificatie in aanmerking komen, bestelt NS 27 snelle dieselelektrische locomotieven. De locomotieven zijn onder leiding van Werkspoor geheel door de Nederlandse industrie ontwikkeld. De eerste exemplaren worden met flinke vertraging afgelever...

Lees meer
Rangeerlocomotieven 500/600/700

Na het einde van de Tweede Wereldoorlog leent NS materieel van diverse buitenlandse spoorwegmaatschappijen. Hieronder vallen ook tien Engelse dieselelektrische rangeerlocomotieven. Tussen 1949 en 1955 laat NS vijftig eigen locs van hetzelfde ontwerp bouwen. Tussen 1955 en 1957 volgen nog 65 exemplaren die niet alleen geschikt zijn voor rangeerwerk maar ook voor het rijden van korte goederentreinen. Door hun lage maximum snelheid van 30 km/u zijn de...

Lees meer
Serie 400

Begin jaren '40 laat NS een nieuwe reeks diesellocomotieven voor rangeerdiensten en het rijden van lichte treinen op het hoofdnet ontwerpen. Omdat het ontwerp voornamelijk op de bestaande sikken is gebaseerd, krijgen de nieuwe locs al snel de bijnaam 'grote sikken'. In tegenstelling tot de locomotoren is de serie 400 ook bestemd voor het rijden van treinen en gaat het om volwaardige locomotieven met bijbehorend bevoegd personeel. De locs kunnen in ...

Lees meer
Ex-WD Serie 2000

De Amerikaanse firma Whitcomb Locomotive Company bouwt tijdens de Tweede Wereldoorlog voor het Amerikaanse legermaar liefst 278 diesellocomotieven verdeeld over twee types. Terwijl de eerste locomotieven hun diensten bewijzen in het Midden-Oosten en Italië, bouwt Whitcomb 168 locomotieven in een lichtere variant voor de bevrijding van West-Europa. Na de oorlog schaft NS twintig van deze locomotieven aan. De komst van de nieuwe diesellocomotieven in...

Lees meer
Serie 160

Na de bevrijding blijft een groot aantal locomotieven van de geallieerde troepen op het Europese vasteland achter. Zo staan de WD 70029, 70033, 70040, 70041 en 70045 in Nederland. In 1946 rijden de locomotieven op de tramlijnen van de NTM en een jaar later gaan ze samen met de tramlijnen over naar NS. Hierbij krijgt het vijftal de groene NS-kleurstelling en de nummers 161-165. In 1957 gaan de laatste drie exemplaren terzijde. Voor het behoud van de...

Lees meer
Diesel-elektrische Locomotoren

Voor het rangeerwerk op de stations, schaft NS in de jaren '30 diesel-elektrische locomotoren aan. De locs zijn naast rangeerwerkzaamheden ook geschikt voor het rijden van lichte goederentreinen. Het mekkerende geluid van de uitlaatfluit is de aanleiding voor de beroemde bijnaam 'sik'. In 1940 levert Werkspoor de 321 als laatste exemplaar van de serie af. Tijdens de Tweede Wereldoorlog verdwijnen ruim 70 locomotoren over de oostgrens. In de jaren n...

Lees meer
Locomotoren met benzinemotoren

Door de toenemende concurrentie van het snelle en goedkope vrachtvervoer over de weg is NS in de jaren twintig genoodzaakt om een alternatief voor het trage en omslachtige goederenvervoer per spoor te zoeken. Na de bouw van enkele proeflocs, neemt NS in de periode 1930-1932 vijftig locomotoren met benzinemotoren in gebruik. De locjes worden op diverse kleinere stations geparkeerd voor lichte rangeerwerkzaamheden. Na de komst van de sterkere diesel-...

Lees meer
Deze website gebruikt cookies om uw ervaring te verbeteren.